Als je omhooggaat langs de Via della Camilluccia, ga je verder
over een straatje van niets genaamd Via dei Casali di Santo Spirito. Loop die
helemaal uit tot aan het einde zonder acht te slaan op een speeltuintje en een
open plek waar honden worden uitgelaten. Daar vind je een imponerend hek en een
dubbele inscriptie op de zuilen: “Cimetière militaire français – Campagne d’Italie
1943-1944”. Achter dit hek ligt de meest groene heuvel vol olijfbomen en
cipressen, en op het altijd weelderige en gemaaide gras staan op een rij de
grafstenen van de Franse soldaten die omkwamen in Italië tijdens de Tweede
Wereldoorlog. Het waren nog allemaal jongens, zo vertellen de jaartallen die op
de stenen gekerfd staan aan ons, gesneuveld op twintigjarige leeftijd of iets
ouder op de Garigliano, bij Chiusa di San Michele, op Monte Majo, en het is
verrassend om te zien hoeveel van hen begraven zijn onder de Islamitische halve
maan, aan hoeveel Omars, Ahmeds en Mohammeds het te beurt viel om te komen en
te sterven voor onze vrijheid. We weten alleen nog van hen door die brute scène
in de film La Ciociara, wanneer
moeder en dochter door Marokkaanse soldaten worden verkracht. Maar deze
honderden graven vertellen ons het verdrietige verhaal van arme Noord-Afrikaanse
infanteristen, die hebben geleden en die hier voor altijd zijn gebleven. De
kruisen van de Franse soldaten uit Frankrijk en van de officieren bevinden zich
hoger, meer in de zon, volgens een geheel aardse hiërarchie die weinig
begrijpelijk is.
Men wandelt in de stilte tussen die vreemde namen tot men
aankomt bij een mooi uitzicht over de stad. Achter je rug bevindt zich het leed
van lang geleden, voor onze ogen, daar beneden, ligt het levendige bewegen van
Rome, en ook dat lijkt ver weg, zoals de besneeuwde heuvels aan de horizon. In
het midden staan wij, nu, om dit alles te bevatten.
Marco Lodoli 2005.Nog niet gevonden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten