Als je net binnen bent en je ogen opricht, vind je geen
hemel vol met engelachtige evenwichtskunstenaars, barokke wolken, gedurfde fragmenten
in blauw en goud, zo’n verbluffend spektakel dat in zoveel Romeinse kerken werd
bereid om de twijfelaars te overtuigen om geloof te hebben in het wonder van de
Schepping, in God die alles vol medelijden wikt en weegt. Er verschijnt voor je
ogen een plafond van blank hout dat doet denken aan een timmermanswerkplaats
aan huis of aan de tafels en houtsnippers van een oude vestiging van houtleverancier
Borzelli. Maar daarna merk je pas wat voor bijzondere afbeeldingen zijn
gesneden in het hout, net zo eenvoudig als ze ondoorgrondelijk zijn, elk
geïsoleerd in een lijstje, alsof een overdadig spel tarotkaarten aan het
plafond is gelijmd. Het zijn daarom eerder visualiseringen van de Latijnse
benamingen voor de Heilige Maagd die worden gereciteerd in de litanieën die een
rozenkransgebed besluiten: Turris Eburnea, Refugium Peccatorum, Stella Matutina
en andere namen, allemaal over de muren geschreven, om hardop te lezen omdat ze
zo mooi zijn.
Maar de De’ Medicifamilie werd sterk beïnvloed door de neoplatonische
en pythagoreïsche stromingen, en daarom lijkt het dat vele van die droge
symbolen – kleine bomen, fonteinen, tempels en torens – ook verwijzen naar de
inherente soevereiniteit van archetypen, aan die primaire en verontrustende visioenen
die we zo vaak in dromen voortbrengen. Boven alle andere domineert een
afbeelding van een boot die een groot huis vervoert en vaart in een woeste zee,
waaruit vervaarlijke monsters opdoemen. Waarschijnlijk refereert het aan het
wonderbaarlijke transport van het huis van de Maagd uit Loreto, maar kijkend
van beneden kan men het niet laten niet te denken aan onze menselijke reis, aan
onze onzekere wijze om in het leven te staan. We menen op vaste grond te staan,
beschermd door stevige muren, door geruststellende gewoontes, en we bevinden
ons te midden van golven, voortdurend omgeven door zee en ver van elke haven.
Maar toch vliegt er boven dat houten huis een duif, een witte van de hoop.
Marco Lodoli 2005.
Gevonden in 2009.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten