zaterdag 28 januari 2017

66. Het Mas-warenhuis (p. 72-73)

Prettig en onmogelijk was de markt op Piazza Vittorio, met zijn oriëntaalse sfeer, zoals we een paar jaar geleden nog zongen. Door zeer redelijke wetgeving omtrent hygiëne moest deze markt ophoepelen, weg van de stoepen, en werd de markt een verstandiger systeem toegewezen, binnen in een gebouw dat is toegerust om toonbanken en koelkasten te verwelkomen. Bij ons blijft een wat weemoedig gevoel hangen voor die heksenketel van goederen, geuren, kleuren en geschreeuw die het plein vulden, voor de kletspraat en het geduw dat werd gewisseld in die nauwe en chaotische gangen. Op dit moment dat zo essentieel is voor de wereldgeschiedenis is er grote nood aan een plek waar we mensen van diverse komaf kunnen ontmoeten, om achterdocht en angst te overwinnen. We kunnen samen koffie drinken in de bar Roma Città Aperta in de Via Principe Amedeo, een eervol gebaar van vertrouwen en beschaving, maar het is een ding dat maar een minuut duurt en meteen bevinden we ons weer midden op straat, alleen met onze onrustige gedachten. En dus dirigeren we ons richting het grote Mas-warenhuis, in de Via dello Statuto, een soort van VN voor arme drommels. Buiten het enorme gebouw uit de regeerperiode van Umberto I hangen de vlaggen van verscheidene staten - de Braziliaanse wereldbol, Arabische halve manen, de sterren van de Europese Unie - opgebold door de wind en een beetje gescheurd. Binnen is de hele wereld te koop voor negen euro negenennegentig, bergen t-shirts en overhemden, badjassen en bergschoenen, dekbedden en joggingspakken, en ook spelletjes en horloges, schilderijen en tapijten, theepotten en ondergoed, vazen en lampen, alles voor bijna irreële prijzen. Voelend en de prijs afwegend tussen alle drukte bij de banken draaien de nieuwe armen van onze wereld rond, forse Nigeriaanse vrouwen, kleine Chinese mannen, Arabieren met kroeshaar, vrouwen in chador en olijfbruine mannen met snorren, kinderen in alle kleuren, maar ook veel Italianen met weinig geld in de beurs. Het gebeurt dat je met een aarzelende vreemdeling vluchtige afwegingen maakt over een geruit overhemd en dat vervolgens, wie weet hoe, het gesprek zich verruimt, dat je praat over Rome en de Paus, over voetbal en oorlog, over het leven dat overal moeilijk is maar op bepaalde plekken nog moeilijker. Uiteindelijk kopen we het hemd, het kost immers zo weinig, maar het idee dat we allemaal mensen onder dezelfde hemel zijn, dat idee wordt ons cadeau gegeven en is heel waardevol.

Marco Lodoli 2005.

Nog niet gevonden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten