zondag 12 maart 2017

71. De kruising van via di Portonaccio, via Prenestina en via dell' Acqua Bullicante (p. 77-78)

Soms gebeurt het dat we in een monstrueuze verkeersopstopping staan en dat we ons als hamsters in de kronkels van een blikken slang voelen: iedereen in de auto slaat op z'n claxon, scheldt tegen het oude vrouwtje dat de tijd voor het groene stoplicht heeft verdaan, tegen de bestuurder naast ons die ons aan de kant drukt, tegen de bus die dwars over de weg staat, tegen de hele wereld.
We staan op de kruising van de via di Portonaccio, via Prenestina en via dell' Acqua Bullicante, in een kluwen van staalplaten en verwensingen, en een ogenblik lang denken we dat het ons nooit zal lukken om hieraan te ontsnappen, dat we de rest van ons leven zullen doorbrengen met het beledigen van onze naaste en het verwensen van de stad. En dan valt onze blik plotseling op een hoekje vol bloemen: onder het mozaïek van een kleine madonna staan veel bossen rozen en anjers, lelies en margrieten. En aan de muur, aan de linker- en rechterkant, voorafgaand aan de reclameposters die ons nutteloze producten aanprijzen, wordt honderden keren het woord "grazie", dank u, herhaald. Het is een van die hoeken waar ex-voto's van simpele mensen worden opgehangen, mensen die in angstaanjagende problemen terecht zijn gekomen, die op een dag aan de madonna, aan het leven, aan het lot hebben gevraagd om genadig hun ongeluk te bezien. En daarna, omdat de dingen onvoorspelbaar zijn, omdat hoop nieuwe energie geeft, door puur geluk of door een echt wonder, is de zieke zoon genezen, heeft de onvruchtbare vrouw een kindje gekregen, kreeg men eindelijk werk, heeft een liefde die doods leek een nieuw leven gekregen. En daarom kwam diegene die zich wendde tot deze straat-Maria terug om haar te bedanken. Sommige bordjes stammen uit de tijd van vlak na de oorlog en andere zijn zeer recent opgehangen, een aantal heeft de vorm van een hart, sommige zijn van marmer en andere van steen; in de muur is een simpele baksteen gevoegd die zijn dankwoord ingekrast met een spijker draagt, er hangen handboeien van een gevangene, een houten spaander beschreven door een immigrant, er is een bordje waarop staat geschreven: "Toen elke hoop verloren was, is door een wonderbaarlijke lotsbeschikking ..." en de regen heeft de rest weggewassen, maar eronder staan nog de emblemen van Atac, van Acotral en Codacons: wie weet wat er is gebeurd, welke angstige geschiedenis ten einde kwam met die blijk van dankbaarheid. Zoveel verhalen waarvan we niets zullen weten. Maar die muur vol dankbaarheid draagt voor even onze gedachten, brengt ons naar huis.

Marco Lodoli 2005.

Gevonden in 2015.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten