zondag 12 maart 2017

69. Het Nationale Pastamuseum (p.75-76)

Als een man is wat hij eet, dan worden Italianen gemaakt uit pasta met tomatensaus: en misschien wantrouwen de andere Europeanen ons daarom wel, omdat we moeilijk om een vork zijn te winden, we overal tussendoor glippen en makkelijk vlekken geven, als we te veel denken verpappen en verweken we, gaan we te snel, dan blijven we hard en onaangenaam. Om onze aard beter te begrijpen is een bezoek aan het Museo Nazionale delle Paste Alimentari de moeite waard, het nationale pastamuseum op piazza Scanderberg (de entree is overigens veel te duur). Elk geheim van pasta wordt uitgelicht, de dagelijkse bezigheid die we wegwerken met vier vraatzuchtige vorken wordt in elk intiem detail geanalyseerd: er zijn tabellen die met grote zorgvuldigheid de verschillende stappen in het productieproces illustreren, van het malen va het meel tot het mengen ervan, van het persen in een vorm tot het drogen, en de machines die voor dit werk worden gebruikt worden in de zalen getoond, moderne en antieke exemplaren. Andere schema's leggen de voedingswaarden uit, de proteïnen, de vetten, de koolhydraten en de vitamines die we onbewust opschrokken, afgeleid door de goede smaak van kruiden of door de tv die aanstaat. Aan de muren vallen de 19e eeuwse platen op waarop vele Pulcinella's bezig zijn om met macaroni hun honger te stollen, en zien we honderd reclames van Barilla en Agnesi die ons verleiden om het er stevig van te nemen, want pasta is zon een vreugde, is niet duur en geeft troost tegen al het kwaad in de wereld. Leopardi had, eerlijk gezegd, wat twijfels, en in zijn Nuovi Credenti schreef hij: "Napels bewapent zich ter verdediging | van haar macaroni, want het valt haar zwaar, het plaatsen van de dood | voor de macaroni. En ze kan niet begrijpen, aangezien ze zo lekker zijn, waarom dorpen, landen, provincies en naties, niet gelukkig worden door hun kwaliteit." Men stopt zich er vol mee om maar niet te denken aan de dood, en men verbaast zich erover dat een bord spaghetti niet elke plek vrolijk maakt. Een zekere Gennaro Quaranta gaf hierop als volgt antwoord: "Maar als je van macaroni meer had gehouden | dan van boeken, die zwarte gal veroorzaken, | dan had je geen zware kwalen hoeven lijden. | Levend tussen goedlachse dikkerds | word je misschien wel, blozend en vrolijk, | 90 of honderd jaar oud." In het museum kun je deze gedichten lezen en erover nadenken in alle rust, maar niet te lang, want het is inmiddels tijd voor de lunch.


Marco Lodoli 2005.

Gevonden in 2009.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten